maandag 30 mei 2011

Bericht over Junius

JUNIUS (Hadrianus), zoon van den voorgaande; ofschoon vroeger zijn geboortejaar verschillend werd opgegeven, mogen wij thans aannemen dat hij te Hoorn op den 1sten Julij 1511 het levenslicht aanschouwde. Zijne ouders, die in hem groote aanleg voor de beoefening der wetenschappen bespeurden, zonden hem reeds vroeg naar de Latijnsche school te Haarlem, alwaar hij van den bekwamen rector Meysterus eene uitmuntende opvoeding genoot, hetwelk later door Junius met warme dankzegging erkend en gewaardeerd werd. Hij woonde ook de lessen van den geneesheerJohannus Galius bij, en wel met zoo veel vrucht, dat hij spoedig boven zijne medeleerlingen uitmuntte en door zijne leermeesters het licht en de feniks der Haarlemsche school genoemd werd.

bron: A.J. van der Aa,Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 9. J.J. van Brederode, Haarlem 1867


De Grieken geloofden dat de feniks in staat was steeds weer opnieuw uit zijn eigen as herboren te worden. Hij zal dan bovenin een boom van kruiden een nest maken en daarin verbranden. Door de geur van de kruiden zal hij opnieuw geboren worden. In de Chinese cultuur staat het dier voor het vrouwelijke geslacht op de wereld.
Ook schreef de Germaanse dichter Ovidius in een gedicht dat de Assyriƫrs de vogel feniks noemen. Hij zou geen zaden en grassen eten, maar het sap van sappige kruiden gebruiken als levensmiddel. Na vijfhonderd jaar geleefd te hebben zou de feniks hoog in een eik een nest van schors, kruiden en mirre maken. Als hij erin zat vloog het in brand. De geur van de kruiden neemt de ziel van de oude feniks mee. Het lichaam verbrandt en er komt een kleine feniks uit. Hierin nam de oude ziel weer plaats om weer 500 jaar te leven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten